De Rekenkamercommissie Haarlem (RKC) heeft het onderzoek afgerond naar de aanpak van leegstand door gemeente Haarlem. De RKC heeft in dit onderzoek de beleidsuitgangspunten, de samenwerking en de effecten van de gemeentelijke aanpak voor de bestrijding van leegstand beoordeeld. De RKC trekt uit het onderzoek de conclusie dat de betrokken gemeentelijke sectoren de leegstand verschillend aanpakken en het gemeentelijk beleid daardoor versnippert. Dit komt de effectiviteit niet ten goede.
De RKC concludeert ook dat de gemeente de effectiviteit van de bestrijding van leegstand kan verhogen door meer samen te werken met vastgoedeigenaars, projectontwikkelaars en ondernemers. In de huidige aanpak wordt onvoldoende gebruik gemaakt van hun expertise en instrumenten. De RKC heeft onderzocht hoe effectief de gemeentelijke aanpak van de bestrijding van leegstand is, en heeft zich hierbij geconcentreerd op de leegstand van winkelpanden, kantoren en andere bedrijfspanden. De RKC heeft ook aandacht besteed aan de leegstand van maatschappelijk vastgoed en braakliggende terreinen.
De eerste stap in het onderzoek was het in kaart brengen van de (groei van de) leegstand in de sectoren kantoren, winkels en maatschappelijk vastgoed. Daaruit bleek dat de leegstand in de gemeente Haarlem in absolute zin beperkt is, maar in relatieve zin meer toeneemt dan in referentiegemeenten. De RKC heeft daarom nader onderzoek gedaan naar de beleidsuitgangspunten, de samenwerking en de effecten van de gemeentelijke aanpak voor de bestrijding van leegstand.
De RKC constateert dat de gemeente Haarlem beperkt gebruik maakt van de instrumenten voor het bestrijden van leegstand. De gemeente maakt vooral gebruik van juridisch-planologische instrumenten zoals bestemmingswijzigingen en afstemming van de regionale programmering voor winkel – en kantoorpanden. Om allerlei redenen, maakt de gemeente minder gebruik van – elders effectief gebleken – procesmatige en beleidsmatige instrumenten zoals vereenvoudiging van procedures, actieve acquisitie van projectontwikkelaars, periodiek overleg en actieve planvorming met corporaties en een leegstandsverordening.
De RKC merkt ook op dat de gemeente op lokaal niveau niet actief investeert in structurele samenwerking met vastgoedeigenaars, ondernemers en projectontwikkelaars. Zij zijn van mening dat de samenwerking met de gemeente beter moet en kan, dat wil zeggen structureel en intensiever ingevuld moet worden. De RKC adviseert de gemeenteraad om samen met het college het beleid voor de bestrijding van leegstand aan te scherpen en integraal op te zetten. Van belang hierin is dat effectieve bestrijding van leegstand een weloverwogen inzet van de juiste instrumenten vereist. Tot slot adviseert de RKC om vanuit de eigen rollen en verantwoordelijkheden de samenwerking tussen de gemeente, vastgoedeigenaren, ontwikkelaars en ondernemers te versterken.
Het advies van de RKC aan de raad wordt geagendeerd voor de commissie Ontwikkeling van 5 november 2015 (agenda zie gemeentebestuur.haarlem.nl/Vergaderingen).
Voorafgaande aan de behandeling in de commissie organiseert de RKC ter afsluiting van het onderzoek een rondetafelgesprek, op donderdag 29 oktober 2015. Hiervoor zijn ondernemers, vastgoedeigenaars en ambtenaren uitgenodigd.